Schrijven met je ogen

OSMC-blog door Marjon Cosijn

Schrijvers zijn altijd bezig met taal, met woorden. Dat is logisch, want taal is ons gereedschap. Maar een beeld kan heel goed het startpunt zijn voor een verhaal in woorden.

De hele dag zien we van alles. We kijken naar mensen en dingen om ons heen, in het echt en via verschillende media. Het meeste vergeten we vrij snel.

Maar soms blijft een beeld in onze filter hangen. Het lijkt wel alsof dat beeld dieper is doorgedrongen dan alle andere beelden. De kans is groot dat dit beeld je iets te zeggen heeft. Het beeld als vertrekpunt voor je verhaal staat centraal in deze vierde blog in de serie over inspiratiemomenten en het ontwikkelen van je verhaalideeën.

Beelden woorden geven

Schrijven begint vaak met het verzamelen van materiaal. Met het onderzoeken van je onderwerp. Je hoeft daarvoor niet altijd de wijde wereld in.

Beelden zijn overal om je heen. Bovendien kun je surfend over het web alles vinden wat je zoekt en nog veel meer. Kom je iets tegen wat jou naar adem doet snakken? Sla het op en stop het in een map.

Zo ga je aan de slag

Zoek je schrijfinspiratie? Kies een beeld uit je map, print het uit en start een onderzoek. Leer op een andere manier kijken.

Stel je voor dat je een radioverslaggever bent, die de luisteraar een neutrale indruk moet geven van het beeld. Of verbeeld je dat je een blinde moet vertellen wat je ziet. Zonder jouw interpretatie.

Zo blijf je neutraal

Noteer kleuren, vormen en voorstellingen zonder deze te interpreteren. Dus niet ‘een mooie jurk’, maar ‘een blauwe jurk’. En niet een ‘afschuwelijke man’, maar een ‘man met een grote snor’. Je noteert dus wat je feitelijk ziet, niet wat het bij je oproept. Zo voorkom je dat meteen overal etiketten opplakt en alles dichttimmert.

Neem ruim de tijd voor dit onderzoek. Maak lijstjes, rijtjes, clusters, mindmaps. Speel met het beeld.

De volgende fase

Als je onderzoek is afgerond en je alles in kaart hebt gebracht, breekt de volgende fase aan. Je stelt je eigen oordeel nog steeds uit en besluit niet wat het beeld je te zeggen heeft.

In plaats daarvan maak je je hoofd leeg en stel je het beeld vragen. Of het nu een straat is, een natuurbeeld, een fysiek beeld of een foto van een persoon, dat maakt niet uit. Stel je voor dat het beeld een personage is en vraag – op papier – wat het je te zeggen heeft. Vraag naar de betekenis van kleuren en details. Vraag naar zijn geheimen.

Doe dit onderzoek al freewritend. De eerste antwoorden zijn vaak niet de meest originele. Soms komen ze nog uit je ‘denkhoofd’. Wees daarom niet te snel tevreden. Geef jezelf de ruimte in een flow te komen, om een waterval van antwoorden en nieuwe beelden te ontvangen.

Laat je onderzoek een poosje los
Berg alles op en noteer in je agenda dat je over een maand opnieuw naar je materiaal kijkt. Laat je verrassen. Ook al denk je er in de tussentijd niet meer aan, je onderbewuste is er wel verder mee aan de slag gegaan.

Het is mogelijk dat je in de tussentijd invallen kreeg die met het beeld te maken hebben. Dan hoop ik dat je die hebt opgeschreven! Zo niet, dan kun je het onderzoek eventueel herhalen. Je kunt een heel andere opbrengst krijgen dan een maand geleden. Stel je open voor geweldige verhaalideeën, plotwendingen en spanningsbogen.

Wat doen beelden voor jouw inspiratie?

  • Heb je al eens een verhaal geschreven vanuit een beeld?
  • Stel jij je conclusies weleens uit en stel je je open voor informatie die je niet bedenkt, maar die uit een andere bron komt?

Schrijf je ideeën in het antwoordveld onder de blog en praat mee!