José Franssen, expert in schrijven over je leven
Door Marjon Cosijn
José Franssen is andragoge en heeft als levensverhalen-deskundige decennia lang mensen geholpen om hun herinneringen op papier te zetten. Meer over haar achtergrond kun je hier lezen.
Na de verschijning van haar autobiografische boek Hou me maar vast mocht ik José interviewen. In het boek vertelt zij over het leven van alledag in samenzijn met haar moeder die de ziekte van Alzheimer heeft.
Autobiografisch schrijven: hoe doe je dat?
Hoe pak je het aan om zo’n boek te schrijven? Waar begin je? Hoe ga je als schrijver om met situaties die lastig zijn? Hoe sta je er zelf in? De vragen die ik haar wilde stellen, lagen voor de hand.
In haar appartement in Maastricht vertelt José dat het schrijfproces van Hou me maar vast begon toen zij besloot om voor haar moeder te gaan zorgen. Met een achtergrond van schrijven lag het voor de hand dat zij daarover een dagboek bijhield.
In een dagboek staan behalve feitelijke gebeurtenissen ook gevoelens: wat doet het met een dochter om het proces van haar moeder van zo dichtbij mee te maken? Hoe verandert die moeder/dochterrelatie? Een dagboek is een rijke bron op het moment waarop je het verhaal wilt gaan schrijft.
José schreef haar boek na de dood van haar moeder en haar dagboekaantekeningen waren haar basismateriaal.
Een aantal antwoorden op mijn vragen lees je hieronder.
Het verhaal gaat niet alleen over jou
Wanneer je een autobiografisch verhaal naar buiten brengt gaat dat ook altijd over anderen. Anderen die hun eigen visie op de gebeurtenissen hebben.
Bij het schrijven over die anderen zijn volgens José de sleutelwoorden: integriteit, respect, empathie en mededogen.
Integriteit betekent dat je schrijft, terwijl je in verbinding staat met je innerlijke wijsheid. Die vertelt je precies wat wél en wat niet kan. Blijf daarom voelen tijdens het schrijven. Houd contact met je intuïtie.
Integriteit betekent ook dat je authentiek bent – dat je de waarheid vertelt, joúw waarheid –. Maar authenticiteit alleen kan een verhaal opleveren dat heel pijnlijk is voor de omgeving.
Respect, empathie en mededogen
Daarom is het belangrijk dat je als schrijver van je eigen verhaal respect, empathie en mededogen hebt voor degenen die in jouw verhaal voorkomen.
Het is nodig om je bewust te zijn van die anderen – van het verhaal van anderen -. Door jouw verhaal ook te zien door de ogen van anderen ontstaat zachtheid in je verhaal.
Vraag je dus tijdens je schrijfproces af hoe het voor die ander is om dit verhaal op papier te zien.
Dit helpt je om te weten wat je wél en wat je niet kunt vertellen.
De voorkant en de achterkant
José maakt onderscheid tussen de voor- en de achterkant van het verhaal.
De voorkant gaat over wat goed ging. Over wat mooi en fijn was. Voor de voorkant van het verhaal ga je op zoek naar de schatten, naar de winst, naar de ervaring, de nieuwe dingen. Dat wat meeviel.
Bij de achterkant van het verhaal gaat het over wat tegenviel, wat fout ging, wat misging. De achterkant gaat over de lelijkheid, de smeerboel, de pijn.
Ieder verhaal, ook levensverhalen, heeft een voorkant en een achterkant. Als schrijver is het jouw taak om evenwicht in je verhaal te brengen. Je wilt de lezer niet overspoelen met een bak ellende: dan haakt iedereen af. Bovendien wil je ook vertellen over het mooie, het onverwachte, de meevallers.
Je hoeft het niet alleen te doen
Als je werkt met meelezers – en dat is aan te bevelen volgens José – zorg er dan voor dat je weet welk verhaal je wilt vertellen, voordat je je teksten deelt. Anders zou je in de war kunnen raken van de feedback.
Aan de andere kant is het zo dat meelezers je door hun vragen en opmerkingen helpen om je verhaal steeds helderder te krijgen. Voel dus wat past bij jou. En waak ervoor om het iedereen naar de zin te willen maken: het is jouw verhaal!
Sommige feedback komt hard binnen. Je kunt er beduusd van zijn. Laat die opmerkingen bezinken. Slaap er een nachtje over. Laat het zakken, tot je weet wat je ermee wilt.
Niet alle levensverhalen kunnen verteld worden
Taal helpt je om te rouwen. Schrijven helpt om zaken te verwerken. Toch moet je voorzichtig zijn. Want sommige verhalen kunnen niet verteld worden, nooit. Dat potje moet dicht blijven.
Als je jezelf en je omgeving geen plezier doet met je verhaal, als je je afvraagt of je meer overhoop haalt dan oplost, vraag je dan ook af of het verhaal wel de wereld in moet. Ook hier geldt: voel wat past bij jou en jouw verhaal.
Ga op zoek naar de splinter
Waarover je ook schrijft, ga op zoek naar de schoonheid, het mooie. Bijna in alle levensverhalen zit een sprankje hoop of een flits van vreugde, van hoop, van liefde. Soms is er maar een splinter. Die kun je uitvergroten in je verhaal, want als schrijver bepaal jij wáár je de accenten legt.
- Heb je jouw verhaal opgeschreven? Vertel in het antwoordveld over jouw schrijfproces en vergeet niet om een link naar je boek te plaatsen.
- Wil je je eigen verhaal opschrijven en heb je nog vragen? Stel je hieronder. José en Marjon denken graag met je mee.
Nog meer lezen over de gesprekken die wij hadden en de ideeën van José? Dat kan: José Franssen heeft zelf een verslag op haar site geplaatst.
Wat een mooi en interessant interview hoe met levensverhalen om te gaan.
Ik herken het dilemma van het delen van levensverhalen met lezers. Feedback kon me behoorlijk in verwarring maken, daarom deel ik voortaan mijn teksten alleen wanneer ik weet waarover ik wil schrijven. Het thema duidelijk is, en het liefst met voldoende afstand.
Dit interview , en ook mijn antwoord, brengt me ook weer bij de herinnering toen ik mijn verhaal over mijn dochter aan het schrijven was, zij was verstandelijk gehandicapt. Ik realiseerde me toen hoe vervelend het voor mensen/lezers in mijn omgeving zou zijn zichzelf te herkennen in een boek. ( zou ik zelf ook niet leuk vinden, geloof ik) Ik begreep dat het mij ook helemaal niet ging om Wie of Wat of Hoe iemand iets had gezegd of gedaan, maar wel wat het bij mij als moeder had losgemaakt, die spiegel had ik nodig voor het verhaal. Ik heb het toen opgelost door deze mensen in twee fictieve personages te stoppen. Ik merkte toen gelijk dat ik het verhaal meer op afstand kon vertellen en leesbaarder werd.
Dank jullie wel Jose en Marjon. Het interviewartikel heeft me weer meer inzicht gegeven in mijn huidige schrijfproces.
Dank voor het delen Ria! Feedback kan inderdaad lastig zijn. Het is zó belangrijk om steeds weer terug te gaan naar jezelf en je af te vragen: wat wil ik vertellen? Dat is je ijkpunt.
Dank voor deze blog: erg interessant!
Graag gedaan Ruth! Een uitgebreidere versie van het interview vind je op de site van José zelf: http://josefranssen.nl/content/snipperberichten/snipperbericht-39.html
Wat een fijne blog. Schrijven met mededogen en empathie levert een compleet verhaal af. De waarheid is lang niet zo zwart wit als wij vaak denken.
“Ga op zoek naar de splinter.”
Ik vul er graag aan toe: “En mis niet de balk in eigen oog.”
Helder wat hier boven staat.
Al, is het mijn levensverhaal, die van mij, dan moet ik kunnen
schrijven wat ik wil. En komen er uiteraard de anderen in voor
die mij het verhaal doen maken.
Mijn gedachte is, dat als ik niet de volledige waarheid kan schrijven,
vanwege het rekening houden met de ander, doe ik het verhaal, mijzelf,
geweld aan.
Met alle begrip voor de hierboven genoemde punten.
Kortweg, het is bij mij alles of niets. het is mijn levensverhaal,
niet die van de ander.
Vandaar dat ik hem niet schrijf.
Maar wel in fictie, korte verhalen, columns, kleine romans
auto biografische zaken schrijf.
Helder Jan, ongetwijfeld zullen delen van jouw levensverhaal verwerkt worden in je vele teksten. Succes!